De overheid heeft de verbruiksbelasting op suikervrije dranken afgeschaft. Mineraalwater wordt daardoor goedkoper, maar ook dranken die geen suiker bevatten, maar zoetstof. Is het wel verstandig om zo het signaal af te geven dat zoetstof beter voor je is dan suiker?
Het voedingscentrum benadrukt dat zoetstoffen ongevaarlijk zijn. Ze hebben een E-nummer en dat betekent dat ze getest zijn en veilig bevonden zijn. Opvallend is wel dat op de pagina over aspartaam tot vier keer toe wordt benadrukt dat de stof veilig is en dat er onterecht verhalen in omloop zijn dat de stof onveilig is, waardoor sommige mensen het liever mijden.
Een paar jaar geleden heb ik eens een periode helemaal geen suikers gegeten en gedronken. Dat is nog best lastig omdat het in zo’n beetje alle bewerkte voedsel aanwezig is. Je kunt dan bijna alleen nog maar vers eten. Ik viel behoorlijk af, maar ben daarna wel weer begonnen met suikers. Cola echter heb ik na die periode nooit meer lekker gevonden, terwijl ik dat vroeger toch het lekkerste drankje vond. Zoetstoffen heb ik altijd zoveel mogelijk gemeden, ik vind de smaak ervan niet lekker, maar ook de bijwerkingen niet. Als op een verpakking ‘light’ staat, neem ik het niet. Bij frisdranken betekent het dat er aspartaam en consorten in aanwezig zijn en bij andere producten, zoals zuivel e.d., betekent het dat er minder vet in zit, wat meestal betekent dat er meer zoetstof in zit, wederom aspartaam en zijn broertjes. Maar ook zonder de melding ‘light’ op een verpakking, krijg je ongemerkt heel veel zoetstof binnen. Het zit in veel producten verwerkt, zelfs in veel medicijnen!
Als ik mij even alleen richt op aspartaam, er zijn nog veel andere zoetstoffen, is daar, voorzichtig uitgedrukt, veel over te vinden op ons wereldwijde web. Hieronder wat informatie:
Aspartaam is een verbinding van phenylalanine (50%), asparaginezuur (40%) en methanol (10%). Phenylalanine (een aminozuur) speelt een belangrijke rol in de regeling van neurotransmitters, terwijl asparaginezuur een rol wordt toebedacht als stimulerende neurotransmitter in het centraal zenuwstelsel. De stof kan dus invloed hebben op ons neurologische systeem.
Aspartaam wordt in het lichaam afgebroken en vormt dan methanol. Overal wordt opgevoerd dat dat een stof is die het lichaam herkent en die ook in groente en fruit aanwezig is, en in grotere hoeveelheden dan in aspartaam. Echter, in groente en fruit is de stof gebonden aan een vezel (pectine) waardoor het veilig via het spijsverteringskanaal wordt afgevoerd. De methanol uit aspartaam heeft die binding niet. Het kan daarom dus niet op één hoop gegooid worden met groente en fruit.
Als je iets zoets eet, komt je lichaam in actie om de ‘suiker’ uit het bloed te halen. Bij zoetstoffen die geen suiker bevatten, krijgt je lichaam wel het signaal dat er iets zoets aanwezig is, maar vindt niks. Je lichaam krijgt dus telkens een soort vals alarm. Het raakt daardoor ontregeld. Na een tijdje kan het lichaam echte suiker niet meer goed uit het bloed halen, waardoor je een te hoge bloedsuikerspiegel krijgt en uiteindelijk meer risico hebt op diabetes type 2.
Ook is het zo dat je het risico loopt juist aan te komen van zoetstoffen. Als je iets zoets eet, wordt het beloningscentrum in je hersenen geactiveerd, en dat beloningscentrum vraagt dan om meer, waardoor je nog meer gaat verlangen naar zoetigheid. Dat gebeurt bij gewone suiker, maar ook bij zoetstoffen. Omdat zoetstoffen geen energie bevatten, ga je op zoek naar calorierijk voedsel, waardoor je dus op den duur aankomt.