geschreven in augustus 2017
Een instrument bespelen heb ik altijd leuk gevonden. Op de lagere school kregen we nog echt blokfluitles en degenen die daar wat beter in waren, mochten tijdens het zingen van de psalmen deze muzikaal ondersteunen op de blokfluit. Ik was er reuze trots op dat ik er daar één van was.
Toen ik een jaar of 8, 9 was, wilde ik een wat ‘echter’ instrument bespelen (niks ten nadele van de blokfluit overigens). Mijn vader speelde toen in een mondharmonica-orkest. Daar waren er in die tijd niet veel van, maar in onze woonplaats was er toevallig één. Wij hadden het niet al te breed thuis en bij deze vereniging werd je gratis opgeleid en mocht je daarna plaatsnemen in het jeugdorkest. Spelen in een orkest voegt een extra dimensie toe. Het is fijn om zelf te spelen, maar met zijn allen iets moois neerzetten, dat geeft een heel goed gevoel! Al snel behoorde ik tot de betere spelers en kreeg soms zelfs een klein stukje solo toebedeeld! Wat was ik daar altijd zenuwachtig voor, vooral toen we het stuk ‘Bright Eyes’ speelden en ik de solo van het intro had!
Die spanning, daar kon ik slecht tegen, maar het was ook mijn eer te na om het aan een ander over te laten. Toch heeft dit meegespeeld in het feit dat ik stopte met de mondharmonica. Belangrijk ander feit was dat ik inmiddels 15 was en er eigenlijk niet meer voor uit durfde te komen dat ik mondharmonica speelde, om nog maar te zwijgen van de outfit die we moesten dragen tijdens een concert: lange zwarte rok, crème bloesje en een blauw gilet.
Jaren gingen voorbij, ik was druk met werken, mijn huwelijk en de drie kinderen. Toch is de wens er altijd gebleven: een instrument bespelen. Toen ik 31 jaar was, was die wens er ineens weer heel duidelijk en er was een open dag bij de muziekvereniging. We togen erheen met zijn allen. We werden aangesproken door een mevrouw die vroeg of het voor één van de kinderen was of voor mezelf. Ik had even het gevoel dat je dus alleen maar mag beginnen als je een jaar of acht bent, maar nee, het was voor mezelf. Eigenlijk wilde ik verschillende instrumenten proeven, maar slagwerk viel eigenlijk meteen af en trompetten trokken me ook niet echt. Deze mevrouw bleek de klarinetdocente te zijn en duwde me professioneel richting de klarinet. Eigenlijk was het liefde op het eerste gezicht. Menigeen krijgt niet meteen geluid uit een klarinet, maar mij lukte het! Ik zou na de zomervakantie beginnen met lessen, maar het was begin juni en ik kon eigenlijk niet wachten. Een klarinet van de vereniging in bruikleen geregeld en een week later had ik mijn eerste les. Die eerste weken ging het me veel te langzaam, ik leerde een paar noten per les, het noten lezen ging me al snel weer goed af, dat had ik tenslotte al geleerd en de grepen op de klarinet leerde ik ook vrij snel. Ik mocht al gauw plaatsnemen in het ‘jeugdorkest’, een orkest van destijds 80 mensen (niet alleen jeugd) en ik voelde weer hoe het was, spelen in een orkest en hoe fijn de onderlinge sfeer is, muziek verbroedert.
Ondertussen bleef ik les nemen en deed na 1,5 jaar examen voor het A diploma. Vier jaar daarna had ik ook het C diploma binnen en mocht ik naar De Harmonie, een orkest waarvoor je minimaal dat diploma nodig had en dat dus een moeilijker repertoire had. Kort daarna volgde mijn scheiding. In die periode heb ik veel steun gehad van twee muziekvriendinnen die in dezelfde tijd als ik gestart waren op de klarinet. Ik kreeg een nieuwe relatie, niet zo heel dichtbij en het oefenen voor het ‘moeilijke’ orkest werd me wat teveel, dus daar stopte ik mee. In die tijd startte ook het Clarinet Choir, een orkest van louter klarinetten. Mijn vriendinnen en ik namen er plaats, repetities 1 x in de twee weken, dus wat makkelijker te combineren. Enige tijd later stopte ik ook bij het jeugdorkest en na verloop van tijd werd ook het Clarinet Choir me te veel. Mijn klarinet (inmiddels had ik al een tijd een eigen klarinet) ging definitief zijn koffer in. Een enkele keer kwam hij er nog eens uit, maar een klarinet is niet een instrument dat je zomaar even bespeelt als je dat lange tijd niet hebt gedaan.
Er ging een jaar of zes zo voorbij. Met één muziekvriendin heb ik altijd contact gehouden, ook zij was gestopt bij het clarinet choir, maar recent weer begonnen en bij mij kriebelde het ook weer, een klein beetje. Ik wilde eigenlijk wel weer een keertje kijken (ik ging nooit naar concerten, want meespelen is zoveel leuker dan luisteren!). Ze had een voorstel: degene die naast haar zat in het orkest, zou ermee stoppen en ze vond dat ik dan maar weer naast haar moest komen spelen. De puzzelstukjes vielen op hun plek: wat een goed idee eigenlijk! Ik ging maar vast wat oefenen, want mijn embouchure (lipspanning) was compleet weg natuurlijk en al die grepen!! Als ik erover nadacht, vroeg ik mij ernstig af of ik ze nog wel wist. Ik zette de lessenaar op, zette de klarinet in elkaar, riet erop en een muziekstuk dat ik heel veel gespeeld heb, plaatste ik op de lessenaar. Klarinet klaar… mijn ogen gingen over de noten, mijn hersens kraakten, maar het leek of mijn ogen en mijn vingers die hersens helemaal niet nodig hadden: het stuk klonk uit de klarinet! Ik had het nog ‘in mijn vingers!’
Kortom: Ik ben wezen kijken bij een repetitie en heb me direct weer ingeschreven. Wat een warm bad, wat voelde ik me weer welkom en wat een plezier heb ik er weer in!