Bij een nieuwe levensfase hoort een nieuw kapsel

Je ziet het om je heen regelmatig gebeuren: vrouwen veranderen vaak van kapsel als ze in een andere levensfase komen. Heel sterk zie ik het bij vrouwen die net gescheiden zijn, die hebben op de één of andere manier behoefte een statement te maken en meten zichzelf een ander kapsel aan. Dat heb ik zelf ook gedaan. Terwijl ik mijn hele leven lang of halflang haar heb gehad, had ik het na mijn scheiding kort, met een hele lange pluk aan de voorkant die ik langs mijn voorhoofd strak naar mijn oor leidde en vastzette met een speldje. Het duurde tot ik een nieuwe relatie had, wat niet zo lang daarna was en toen liet ik het weer lang groeien.

Als ik terugkijk, zijn verschillende fases in mijn leven in te delen in kapsels. Op de lagere school had ik lang haar. Toen ik naar de brugklas ging, liet ik het in één keer in een korte boblijn knippen. Op de middelbare school had ik allerlei kapsels, ten teken van de zoektocht die het is om jezelf te vinden. Als klap op de vuurpijl verfde ik het op mijn 16de gitzwart. Mijn school bestond tien jaar en had een themafeest: iedereen kwam volledig in één kleur. Ik in het zwart, dat was de kleur die ik in die tijd sowieso altijd droeg, maar nu moest ook mijn haar eraan geloven. Omdat ik geen tijdelijke verf kon vinden, werd het permanente. Het was zo zwart dat je de individuele haren in een pluk niet kon zien, het was één zwarte eenheid.

Toen ik op mijn twintigste trouwde had ik lang haar. Een maand of twee na de bruiloft liet ik het knippen, in laagjes. Daarna weer het boblijnkapsel. Die boblijn lijkt, nu ik er zo over denk, wel in alle neutrale fases in mijn leven terug te komen, een soort stationair kapsel. Een korte periode, van een jaar of twee, denk ik, heb ik echt kort haar gehad. Dat was vlak voordat ik zwanger raakte van mijn oudste dochter. Alsof ik wat mannelijker moest zijn om dit vrouwelijke kind toe te laten. Daarna werd het weer lang en een boblijn.

Drie en een half jaar geleden ging ik weer van lang naar een boblijn. Dat was, en die conclusie trek ik eigenlijk nu pas, een paar maanden na het overlijden van mijn ex-echtgenoot, de vader van mijn kinderen. Wellicht heeft het te maken gehad met de veranderde verantwoordelijkheid. De laatste jaren had ik een boblijnkapsel dat ik ook nog heel steil föhnde, terwijl ik van mezelf wat meer krullerig haar heb.

Dat steile haar had ik ook toen ik een relatie kreeg met Marc en een paar maanden later ging ik naar de kapper. Eigenlijk wilde ik weer die korte bob, extra kort zoals ik hem de zomer ervoor had. Tot ik ineens een ander plan kreeg: ik wilde eigenlijk liever wat wilder haar, wat langer weer. Ik wilde wat losser, zoals ik zelf ook een beetje uit dat keurslijf wilde, mijn haren los, niet zo stijf in het gelid geföhnd. Ik heb het dus in grove lagen laten knippen en verwelkom mijn krullen weer. Los met die wilde haren!

(Visited 268 times, 1 visits today)

Laat een reactie achter

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *