Tijdens mijn bezoek aan het archief in Breukelen (Regionaal Historisch Centrum Vecht en Venen) van enige weken geleden, kwam ik erachter dat Geertje met haar familie naar Utrecht verhuisde toen ze vier jaar oud was. Om daar meer over te weten te komen, ben ik naar het Utrechts Archief gegaan.
Geertje groeide op in een arm gezin. Haar vader was een veenman in Vinkeveen. Veen, of turf, diende in die tijd vooral als brandstof. Het was hard werken. De arbeidscontracten in die tijd zaten ook wat anders in elkaar dan tegenwoordig. Kennelijk zat Geertje’s vader zonder werk in die tijd en kon hij in de binnenstad van Utrecht aan de slag als tapper. Het gezin met zeven kinderen en moeder die zwanger was, toog in april 1890 naar Utrecht om zich in de Haverstraat te vestigen op nummer 136. Vader werkte dus waarschijnlijk in een café, stel ik mij zo voor, of in een slijterij of iets dergelijks.
In mei van dat jaar werd een dochter geboren in Utrecht: Geertruida Anna. Niet veel later, in januari 1891, verhuisde het gezin binnen Utrecht naar de Markstraat I 48. En daar begon de ellende. Amper twee weken in hun nieuwe woning overlijdt begin februari baby Geertruida Anna, 8 maanden oud. Drie weken daarna overlijdt het broertje onder Geertje, bijna vier jaar oud. Die zomer overlijdt de oma van vaders kant in Vinkeveen, op 75-jarige leeftijd. De winter erna overlijdt begin februari de moeder van het gezin in Abcoude, als haar woonplaats wordt wel Utrecht vermeld, maar ze verbleef kennelijk in Abcoude, vermoedelijk bij familie. Een week daarna overlijdt het zusje boven Geertje, in Utrecht. Ze wonen nog steeds officieel in Utrecht als op 5 juli de oudste dochter, Alida Theodora, op 14-jarige leeftijd overlijdt, in Abcoude. Ik denk dat het gezin na het overlijden van het zusje in februari al naar Abcoude is vertrokken. Wellicht woonde vader nog wel in Utrecht, om te werken en uit te zien naar een baan in Abcoude. Op 18 juli 1892 wordt het hele gezin in Utrecht uitgeschreven, ze vertrekken naar Abcoude.
Wat nu vreemd is, is dat ik in Breukelen al had gevonden dat de broer en zus van Geertje in 1892 verhuizen naar Abcoude-Proostdij, zij gaan wonen bij een halfbroer en een halfzus van hun moeder. Het jongere broertje wordt in 1899 in Abcoude-Proostdij bijgeschreven in het gezin van dezelfde halfoom waar zijn oudere broer woont, het archief vermeldt dat zijn laatste woonplaats Utrecht was (in 1899 dus). Geertje en haar vader heb ik in het archief in Breukelen niet kunnen vinden. Zij zouden ook teruggekeerd moeten zijn naar Abcoude. Volgens het Utrechts Archief is het hele gezin, of liever, wat daar nog van over was(vader en vier kinderen), in juli 1892 naar Abcoude-Proostdij verhuisd. Hiervoor zal ik nogmaals naar Breukelen gaan binnenkort.
Helemaal waterdicht is zo’n archief niet, daar werd ik al wel voor gewaarschuwd. De kans is er dus dat ik er niet achter kom bij wie ze gewoond heeft. Aangezien de broertjes bij de halfoom terecht kwamen, ga ik er in dat geval van uit dat de zusjes bij de halftante hebben gewoond. Rest nog de vraag waar vader is gaan wonen. Ook kan ik in Amsterdam op zoek naar de datum van haar aankomst daar. Toen zij in 1912 trouwde werd namelijk bij haar de woonplaats Amsterdam vermeld.
In het Utrechts Archief heb je ook wel de hulp van een archivaris nodig om je antwoorden te kunnen vinden en zelfs hij was behoorlijk aan het puzzelen met wijken en adressen die steeds wijzigden. De nummering veranderde regelmatig. Iedere tien jaar werden er in die tijd kaarten gemaakt per adres en daar werd dan tien jaar lang op bij- en afgeschreven wie er kwamen wonen, geboren werden, overleden en verhuisden. En natuurlijk hadden ze niet op 1 januari 1890 alle kaarten klaarliggen met alle bewoners van dat moment. Omdat we in april 1890 zochten, hadden we dat eigenlijk wel nodig. Maar de kaart van de Haverstraat 136 begon in 1891, dus de mutaties van 1890 stonden nog op de kaart van 1880-1889. Ik ben behoorlijk gegrepen door het genealogie-virus. Mijn zoektocht is ook nog lang niet ten einde het vervolg vind je hier.