Me boek

‘Me’ gebruikt als bezittelijk voornaamwoord is misschien wel de meest storende, schriftelijke taalfout. Een hele hardnekkige ook. Mensen die het woord op deze manier gebruiken, zijn nauwelijks geneigd hun gedrag aan te passen. Op zich is het een te verklaren vergissing, begrijpelijk wil ik hem niet noemen overigens.

Bekijk het volgende rijtje maar:

Ik heb me gestoten aan de tafel – dit is mijn boek

Jij hebt je geschoren – Is dat jouw zus?  Maar ook: Is dat je zus?

Wij hebben ons vergist – Dat is ons huis

In het eerste zinnetje is het vetgedrukte woord een wederkerig naamwoord. In het tweede zinnetje is het een bezittelijk naamwoord. In de tweede en derde zin kan hetzelfde woord gebruikt worden dat ook in het eerste zinnetje gebruikt werd, je en ons. In het tweede zinnetje zie je dat je kunt zeggen ‘jouw zus’, maar dat ‘je zus’ (nee, niet Jezus), ook goed is.
Dat daardoor kennelijk ook gedacht wordt dat ‘mijn boek’ ook ‘me boek’ genoemd mag worden, is een misvatting. In spreektaal wordt ‘mijn’ wel afgekort tot ‘m’n’, en door die ‘n’ er dan ook nog af te laten vallen, krijg je inderdaad ‘me’, maar dat is wel degelijk helemaal fout.

Dus wel: ‘je zere teen’, maar niet ‘me zere teen’. Misschien is het zo te onthouden, die zere teen gunnen we niemand, maar een ander dan toch iets meer dan onszelf.  😉

Succes!

(Visited 41 times, 1 visits today)

2 reacties

Laat een reactie achter

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *