Het mungboon-experiment

Afgelopen zomer heb ik een experimentje gedaan met het kweken van een mungbonenplant. De kiemen van de mungboon noemen we taugé, dat klinkt waarschijnlijk bekender.

Half mei heb ik een oproepje geplaatst in een moestuingroep op Facebook om te kijken of er mensen waren die hier ervaring mee hadden. Die waren er eigenlijk niet echt. Ik heb met één persoon wat heen en weer gepraat en ideeën uitgewisseld. Mungbonen houden van warmte, ze komen uit India. Kweken in een kas zou dus ideaal zijn, ware het niet dat ik geen kas heb. Ik heb maar een heel klein tuintje waar ik wat in moestuinier. Die persoon raadde me aan om tomatenhoezen te gebruiken, een soort plastic zakken die je om de pot heen doet, zodat je eigenlijk een soort broeikasje creëert. Het experiment kon van start gaan.
De plantjes kwamen al snel op. Als je weleens taugé gekweekt hebt, dan weet je dat dat heel rap gaat. Na een dag of vijf is de taugé zo groot als je ze in de winkel koopt. Tot zover kende ik het proces wel, maar nu. Ik was heel benieuwd.

Ik heb een grote, doorzichtige plastic zak van mijn werk, die gebruikt wordt om verpakkingschips in te doen, meegenomen. Daar zaten al een heleboel kleine gaatjes in en deze heeft dienst gedaan als broeikas. Op internet had ik gevonden dat het ongeveer zestig dagen duurt om mungbonen te kweken, maar eind juli, na tien weken, begonnen zich pas de eerste knoppen te vormen. Begin augustus kwamen daar kleine, gele bloemetjes! Inmiddels had ik de zak van de plant gehaald, want we hadden een ware hittegolf.

In deze dagen ontving ik een mailtje van iemand die vroeg of ik de mungbonenplant nog had. Hij bleek van de productiemaatschappij van het programma ‘Keuringsdienst van Waarde’ te zijn. Voor het programma zochten ze een mungbonenplant. Ze hadden stad en land afgezocht, tuincentra en kwekerijen, maar niemand had een mungbonenplant! Op internet hadden ze uiteindelijk mijn eerste blog over het experiment gevonden. Mijn plant was dus de enige traceerbare mungboon in het hele land! De vraag was of ze de plant van me konden kopen of lenen, voor opnames van het programma. Hij moest dan wel bonen hebben en ze hadden hem midden augustus een paar dagen nodig. Verkopen was ik niet van plan, ik vond het experiment zelf veel te leuk. Uitlenen wilde ik wel, we wonen vlakbij Hilversum, dus het was ook niet ver weg. Wel was nog de vraag of er ook daadwerkelijk peulen aan de plant zouden komen!

De hittegolf deed zijn werk, de mungboon vond het uiteraard heerlijk weer! Na de gele bloemetjes vormden zich lange peulen waar na een paar dagen de bonen in zichtbaar werden. De plant werd gehaald en drie dagen later weer teruggebracht, gelukkig hadden ze er goed voor gezorgd.

Ik las op internet dat de peulen zwart worden aan de plant en dat waren ze inmiddels geworden. Daarna moet je de peulen te drogen hangen tot de bonen er vanzelf uit komen vallen. Zo gezegd, zo gedaan. Ze hangen nu te drogen. Ik ben heel benieuwd hoe de boontjes eruit zien, naar verwachting natuurlijk hetzelfde als de mungbonen die je kunt kopen in zakjes om taugé mee te kweken, maar toch ben ik benieuwd of ze ook echt even groot zullen zijn. In principe kan ik dus binnenkort taugé kweken van mijn zelfgekweekte mungbonen!

Al met al dus een geslaagd experiment. Het heeft wel ruim een maand langer geduurd dan het in warmere gebieden duurt en de hittegolf in augustus heeft wel meegewerkt, maar het kan dus: mungbonen kweken in Nederland!
 

(Visited 1.115 times, 2 visits today)

7 reacties

Laat een reactie achter

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *